Laten we eerlijk zijn, het idee van wijn in blik klonk vroeger een beetje… studentikoos. Maar de wijnwereld is wakker geworden. We willen kwaliteit, maar ook gemak.
De cijfers: Volgens trendanalyses groeit de wereldwijde markt voor canned wine met zo’n 13% per jaar. Dat komt door drie dingen:
Voor restaurants is canned wine een slimme zet. Het voorkomt verspilling (geen halve flessen die ‘morgen wel opkomen’ maar dan vergeten worden), het maakt wijn per glas extra makkelijk, en het nodigt uit tot experimenteren. Een sommelier kan zo veel sneller verschillende wijnen naast elkaar laten proeven, zonder zich zorgen te maken over open flessen die achterblijven.
Daarnaast past het perfect bij de moderne gast: flexibel, nieuwsgierig, en niet gebonden aan de ouderwetse regel dat wijn altijd uit een fles moet komen.
Geen glazen, geen kurken, geen drama. Gewoon psssht en je bent ready.
Low ABV (laag alcoholpercentage) klinkt misschien saai, maar betekent eigenlijk: meer wijnmomenten, minder katers.
Blik is licht om te vervoeren, verbruikt minder energie bij recycling en ziet er gewoon strak uit. Je hoeft geen activist te zijn om dat leuk te vinden.
Wil je bij je voorgerecht een frisse Sauvignon Blanc, bij je hoofdgerecht een zwoele Tempranillo en bij je dessert een zoete Muscat? Met canned wine kan het zonder drie flessen open te trekken.
Ja! De mythe dat wijn in blik per definitie “slap” is, is zo 2010. Tegenwoordig gooien producenten hun beste witte, rosé en zelfs mousserende wijnen in blik. Sommige wijnmakers laten hun canned wine zelfs scoren bij internationale proeverijen.