MENU
De oorsprong van wijn en mousserende wijn is lastig terug te vinden. Er zijn archeologische sporen gevonden die laten zien dat wijn al duizenden jaren wordt gemaakt, nog voor de cultivatie van de plant zelf. Wanneer champagne dus voor het eerst werd gemaakt is lastig terug te vinden. Door de jaren heen is het proces ook erg veranderd. Nieuwe technieken werden continue ontwikkeld om de beste wijn op de meest efficiënt mogelijke manier te maken. Dit heeft geleid tot een aantal strenge regels waar wijnen uit de Champagnestreek aan moeten voldoen om deze naam te mogen dragen, zo blijft het een echt kwaliteitsproduct. Een aantal technieken voor het verbouwen van druiven voor wijn werden bedacht door een monnik uit de abdij van Hautvillers (in de buurt van Reims) in 1668. Met als doel de beste wijn van de wereld te creëren wist Dom Pierre Pérignon de wijngaard van de abdij succesvol te moderniseren. Op deze manier legde hij de basis voor de champenoise methode. De wijn werd zo een succes dat zelfs de zonnekoning Lodewijk XIV het in zijn paleis in Versailles schonk!
Madame Clicquot werd geboren in Reims in 1777. In 1798 trouwde ze haar man, François Clicquot, zoon van de oprichter van Maison Clicquot. Samen deelde ze passie en kennis voor en over champagne tot François in 1805 overleed en Madame Clicquot de wijngaard overnam als weduwe. Niet alleen werd Madame Clicquot een vrouw in het zakenleven – iets dat in de 19e eeuw erg uitzonderlijk was – ze wist de productie van haar champagne ook nog eens te revolutioneren. Zo bedacht ze in 1816 een methode waardoor de champagne helder werd in plaats van troebel.
Even uitleggen: om de bubbels in champagne te krijgen wordt er gebruikt gemaakt van een tweede gisting die zich in de fles plaatsvindt. Hierbij wordt er gist en suiker toegevoegd om de bubbels en alcohol te krijgen. De toegevoegde gist consumeert alle suikeren zet dit om in alcohol. Als de gist vervolgens dood gaat, zorgt dit voor een troebel sediment. Om hiervan af te komen goten wijnmakers de wijn over in nieuwe flessen en lieten ze het sediment achter in de oude fles. Het nadeel: ze hielden minder wijn en minder bubbels over.
Madame Clicquot had het idee om de flessen schuin met de hals naar beneden te bewaren in zogenaamde riddling tables en ze regelmatig te draaien voor een periode van 30 dagen; het sediment verzamelde zich – door de flessen regelmatig te draaien –in de hals en kon vervolgens makkelijk verwijderd worden door het overgebleven prutje te bevriezen. Het resultaat: heldere campagne. Het grootste succes van Veuve Clicquot was misschien wel niet het ontwikkelen van deze revolutionaire methode, maar het geheimhouden ervan voor concurrenten zoals Moët.
