Om te beginnen: wat doet alcohol in de wijn met de smaak? Tijdens het vinificatieproces (het maken van de wijn) wordt het druivensap vergist. Hierbij worden de suikers uit de druiven omgezet tot alcohol en ontwikkelen de aroma’s zich. Deze aroma’s wil je natuurlijk heel graag hebben, want dat maakt het verschil tussen wijn en druivensap. Zonder de ontwikkeling van alcohol krijg je geen aroma’s en dus kunnen we de alcohol er het beste uithalen. Wijn bestaat zo uit een aantal chemische deeltjes: water, alcohol, aroma’s en kleurdeeltjes. Allemaal bestaande uit andere moleculen met eigen chemische eigenschappen. De een is kleiner dan de ander of verdampt sneller of langzamer. Als je dit weet, kun je dus de alcohol scheiden van de rest.
Wat veel wijnmakers doen om de alcohol er uit te halen, is de wijn verhitten, waardoor de alcohol verdampt en alleen de wijn achterblijft. Het probleem met verhitten is alleen dat als het te warm wordt, de aroma’s ook worden aangetast. Er moet dus een andere, voorzichtige manier zijn om wijn te ‘de-alcoholiseren’ (het verwijderen van alcohol). En gelukkig zijn die er!
Bij dit proces wordt de wijn in een tank gestopt. Vervolgens wordt alle lucht weggepompt waardoor de wijn in een vacuüm komt. Hierdoor verdampt de wijn zonder dat deze verhit hoeft te worden, en kan de alcohol dus uit de wijn worden gehaald. Doordat de temperatuur laag blijft, blijven de andere stoffen in de wijn, zoals de aroma’s en kleur, intact en blijft de wijn dus lekker.
Bij deze methode heb je een klein beetje je verbeelding nodig. Allereerst heb je een grote draaiende as. Daaromheen zitten, op meerdere lagen, een soort omgedraaide verkeerspionnen die met elkaar verbonden zijn. Deze pionnen draaien om de as in het midden. De wijn wordt in deze pionnen gegoten van boven naar beneden terwijl de pionnen ronddraaien. Door het draaien blijven de lichtste moleculen in de bovenste pionnen en kunnen deze makkelijk gescheiden worden van de zwaardere moleculen, een mengsel van kleur, aroma’s en tannines. Dit alles gebeurt ook nog in een vacuüm waardoor de temperatuur laag blijft en de wijn dus zo lekker mogelijk blijft.
Ik geef toe, dit klinkt ingewikkelder dan het is. In feite wordt er bij omgekeerde osmose simpelweg gebruikgemaakt van een heel fijn filter. Water en alcoholmoleculen zijn de kleinste moleculen in wijn. Deze gaan dus het makkelijkst door het filter heen. Vervolgens krijg je dus een deel dat alleen bestaat uit water en alcohol, en een deel dat alleen bestaat uit smaak- en kleurdeeltjes. Vervolgens wordt de alcohol uit het water verdampt om daarna het pure water weer te mengen met het kleur- en smaakmengsel. En voilà! Je hebt alcoholvrije wijn.
Het resultaat van deze drie methodes: een wijn met zo veel mogelijk smaak en zo min mogelijk alcohol. Het blijft altijd lastig om de alcohol er honderd procent uit te halen. Daarom zal bij deze methode altijd op het etiket staan dat er (minder dan) 0,5% alcohol in zit. Welke alcoholvrije wijn is jouw favoriet?